De man die mij een paar dagen geleden in het voorbij gaan toe riep ‘zu Spät’ en mij later vertelde dat hij bedoelde te zeggen dat het warm, te warm was om te lopen. Ik vertelde hem dat ik vroeg was vertrokken, dat ik naar het dorp via de doorgaande weg gelopen was en nog een eindje verder en terug langs de zee en als je een eind loopt dat het dan vanzelf later, Später, wordt. Die man raadde mij een mooi, maar heftig parcours aan van ongeveer twee kilometer.
‘Vanuit de camping loopt een weggetje steil omhoog naar een kapelletje’, vertelde hij. ‘Bij dat kapelletje kun je dan naar links. De weg loopt dan naar beneden en sluit aan op de doorgaande weg. Daar sla je links af en krijg je eerst een vals en vervolgens een valser plat, totdat je weer bij het weggetje komt.’ Hij liep zelf niet hard, maar hij had er gewandeld. Het leek mij wel wat. Lees verder